Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat
Overzicht van beademingsbewaking
Dankzij de optie voor apparaatkoppeling kan de
Cockpit parameterwaarden, curven en loops van
een Servo-i-beademingsapparaat weergeven.
Binnen 30 seconden na aansluiting van een appa-
raat verschijnen de gegevens op de Cockpit. De
bewakingsfuncties van het beademingsapparaat
kunnen worden geconfigureerd op de pagina voor
parameterspecifieke instellingen (zie pagina 444).
OPMERKING
Beademingscurven worden niet ondersteund op
registraties.
Raadpleeg het hoofdstuk "Voor de veiligheid van u
en uw patiënten" op pagina 13 voordat u bewa-
kingsfuncties uitvoert. Voor apparaatspecifieke
foutberichten raadpleegt u de gebruiksaanwijzing
van het aangesloten beademingsapparaat.
WAARSCHUWING
Risico op onjuiste klinische beslissingen
De weergave van gegevens van apparaten van
derden biedt mogelijk onvoldoende informatie
voor klinische beslissingen.
Gebruik de weergave van gegevens van
apparaten van derden niet als enige basis
voor klinische beslissingen.
OPMERKING
Als u een beademingsapparaat aansluit dat geen
ondersteuning biedt voor CO2-bewaking kan er
op de Cockpit nog steeds een CO2-tabblad in het
Beademingsapparaat-dialoogvenster worden
weergegeven.
438
Gebruiksaanwijzing – Infinity
Infinity CentralStation – Vent Central
optie
Bepaalde parameters, instellingen, modi en curven
van Servo-i-beademingsapparaten worden via de
Cockpit naar het netwerk verstuurd. Als de patiënt
op een ICS (Infinity CentralStation) wordt bewaakt
en de Vent Central optie is geïnstalleerd en inge-
schakeld, kunt u de voornoemde gegevens op het
ICS bekijken. Voor meer informatie kunt u terecht in
de gebruiksaanwijzing Infinity CentralStation.
Alarmen externe apparaten
Aangezien zowel de beademingsapparaten als de
bedzijdige monitoren zich op de locatie van de
patiënt bevinden, geeft de bedzijdige monitor de
alarmtoestanden van het beademingsapparaat niet
hoorbaar weer. De monitor verzendt alarmen van
het beademingsapparaat naar het Infinity-netwerk
voor melding op afstand op het ICS.
Het beademingsapparaat kan niet op afstand
worden bediend.
Als de alarmfunctie voor externe apparaten is
geactiveerd op de Cockpit (zie pagina 475) en een
extern apparaat wordt losgekoppeld van de
Cockpit, gebeurt er het volgende op de Cockpit en
op het ICS, wanneer de patiënt is opgenomen in
het ICS:
– Er weerklinkt een alarmtoon van lage prioriteit.
– Het bericht Extern apparaat losgekoppeld
wordt weergegeven.
®
Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0