INGEBRUIKNAME
8. Stel de parameters in van het submenu Label, zie paragraaf 8.6.5.
9. Stel de parameters in van het submenu Afdrukken, zie paragraaf 0.
10. Schakel de besturingskast uit.
LET OP:
Als er twee codeergedeelten op één besturingskast zijn aangesloten, moet men er op letten dat
sommige parameters globaal zijn en dat andere voor ieder codeergedeelte apart moeten worden
ingesteld. Voor gedetailleerde informatie, zie paragraaf 8.7.
7.2 Vullen van het inktsysteem
LET OP:
Wanneer het inktsysteem voor de eerste keer wordt gevuld moet men het te gebruiken inkttype
controleren en het label met de corresponderende inktcode op het inktsysteem plakken. Dit om de
gebruiker ervoor te waarschuwen dat hij het systeem enkel met het juiste type inkt bijvult.
1. Schakel de besturingskast aan.
2. Indien nodig draai de printkopbehuizing in horizontale positie (Fig. 7.3). De radiale en axiale
rotaties van de printkop zijn dan 0°. Het hoogteverschil AB tussen de printkopbehuizing en het
inktreservoir is bij deze procedure niet belangrijk.
Fig. 7.3
Printkopbehuizing in horizontale positie
3. Trek beschermende handschoenen aan en zet een veiligheidsbril op om uzelf te beschermen.
4. Maak de bovenkant van het inktreservoir schoon en verwijder eventueel stof.
5. Neem een inktfles en knip de bovenkant van de spuitmond af, dit is aangegeven met een ring op de
spuitmond (Fig. 7.4).
PAS OP:
Gebruik ALLEEN Kortho GJ inkten in flessen van 200 ml [X18 / X18+ / X54 / X72] of van 100ml
[X18si], zie ook de aanwijzing op het reservoir.
7-2
kortho
KGJ X-series
H550 AE
Rev.: 006