BEDIENING
8.2
Gebruik
8.2.1 Beginnen met afdrukken
1. Controleer dat het gewenste label is geselecteerd. Zo niet, druk op het Print icoon, en druk op de
knop Selecteer label en selecteer een label. Zie paragraaf 8.4.1 voor meer informatie over hoe een
label geselecteerd kan worden.
Fig. 8.2
Hoofdmenu – Statusbalk
2. Controleer dat de Start afdrukken knop is geactiveerd, zo niet druk op de knop Start afdrukken om de
printer in run modus te zetten.
3. Stuur een printsignaal naar de printer en deze maakt een afdruk.
4. Om de printer te laten pauzeren druk op de knop Pauzeer afdrukken.
Opmerking:
Als een printsignaal wordt ontvangen in de pauzemodus verschijnt een pop-up op het scherm met
"fout 44: De printer staat in pauzemodus.".
8.3
Gegevensinvoer door de gebruiker
Labels kunnen velden met gebruikersinvoer bevatten die tijdens het labelontwerpproces worden
gedefinieerd. Deze velden met gebruikersinvoer moeten door de gebruiker bij het begin van de afdruksessie
worden ingevuld.
Zie paragraaf 3.5.3 voor de beschikbare toetsenbordopties.
8-2
kortho
KGJ X-series
1.
Start afdrukken (Run modus)
2.
Pauzeer afdrukken
(Pauzemodus)
3.
Labelnaam
4.
Indicator LED
H550 AE
Rev.: 006