7.9.1
Externe CV-ketel met eBUS-interface
aansluiten
1 2
1x 2P
L
N
Zu
Auf
N
L
N
L
N
L
N
Zu
Auf
N
1 2
1 2
1 2
1 2
DCF OT AF
1 2
1 2
ZH
LP/UV 1
ZP
SK2-P
HK2-P
HK2-M
VF2
RF1
VF1
SP
BUS
DCF/AF
EVU
1xZP
PE
N
L1
L2 L3
PE
N
L3
L2
L1
L3 N PE
L1 L2
L3
L3 '
N N PE
L1 L2 L3 N
L1 L2 L3
L1 L2 L3 PE
ABB
A12-30-01
ABB
A12-30-01
ABB
A12-30-01
1
2
3
4
5
SCH
6
7
8
ASB
N
L
N
L
N
L
N
L
N
L
2
1
L
N 2 1
L N
2 1
Afb. 7.19 CV-toestel met eBus-interface aansluiten
> Verwijder de aansluitkabel van de interne elektrische
hulpverwarming van de klem ZH aan de regelaarprint-
plaat (¬ afb. 7.14, pos. 1).
> Installeer in de externe CV-ketel de buskoppelaar
VR 32 (¬ installatiehandleiding VR 32).
> Zet de eBUS-adresschakelaar van de VR32 bijv. op 12.
> Sluit de eBUS-kabel van de buskoppelaar VR 32 op
de eBUS-interface op de regelaarprintplaat van de
warmtepomp aan (¬ afb. 7.14, pos. 11).
> Stel na de ingebruikneming de hydraulische verbin-
ding van de externe CV-ketel als bijstookverwarming
in (¬ Tab. 9.9, menu A3).
In beide gevallen schakelt de warmtepomp afhankelijk
van de warmtevraag en thermostaatinstelling het
externe CV-toestel in.
i
De noodvorstbeveiligingsfunctie voor de bin-
neneenheid blijft behouden.
7.9.2
Externe CV-ketel zonder eBUS-interface
aansluiten
De elektrische hulpverwarming moet voor de aansluiting
van deze CV-ketels buiten bedrijf gesteld worden.
Installatiehandleiding geoTHERM 0020106300_02
1 2
- +
DCF 0 AF
Tel BUS
DC /
F AF
Elektrische installatie 7
b
Opgelet!
Gevaar voor beschadiging door bevriezing!
Wordt in het menu A3 (¬ tab. 9.9) „Hydrauli-
sche verbinding van de bijstookverwarming"
voor de bijstookverwarming de waarde
„WW + CV", „WW" of „CV" ingesteld is,
bestaat conform het ingestelde hydraulische
schema alleen noodvorstbeveiliging voor het
(de) ingestelde component(en), niet voor de
binneneenheid!
> Stel bij vorstgevaar voor de opstellings-
ruimte van de binneneenheid bij perma-
nente uitschakelen als gevolg van een fout
de vorstbeveiliging van de binneneenheid
veilig.
L
N
Zu
Auf
N
L
N
L
N
L
N
Zu
Auf
N
1 2
1 2
1 2
1 2
DCF OT AF
1 2
1 2
ZH
LP/UV 1
ZP
SK2-P
HK2-P
HK2-M
VF2
RF1
VF1
SP
BUS
DCF/AF
EVU
1xZP
PE
N
L3
L2
L1
PE
N
L1
L2 L3
L3 N PE
L1 L2
L3
L3 '
N N PE
L1 L2 L3 N
L1 L2 L3
L1 L2 L3 PE
ABB
A12-30-01
ABB
A12-30-01
ABB
A12-30-01
1
2
3
4
5
SCH
6
7
8
ASB
N
L
N
L
N
L
N
L
N
L
2
1
L
N 2 1
L N
2 1
Afb. 7.20 CV-toestel zonder eBus-interface aansluiten
> Installeer een scheidingsrelais (1) (toebehoren) voor
de CV-ketel.
> Verwijder de aansluitkabel van de interne elektrische
hulpverwarming van de klem ZH van de regelaarprint-
plaat (¬ afb. 7.14, pos. 1).
> Sluit aan deze klem de van het scheidingsrelais
komende aan.
> Stel na de ingebruikneming de hydraulische verbin-
ding van de externe CV-ketel als bijstookverwarming
in (¬ Tab. 9.9, menu A3).
In beide gevallen schakelt de warmtepomp afhankelijk
van de warmtevraag en thermostaatinstelling het
externe CV-toestel in.
L
N
Zu
Auf
N
ZH
LP/UV 1
1
65