Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

OPMERKING: Bij shocks van 1,0 J of minder neemt de nauwkeurigheid van de
impedantiemeting af.

LEADSTATUS

Dagelijkse Metingen
Het apparaat voert elke 21 uur de volgende metingen uit en rapporteert ze dagelijks:
Dagelijkse intrinsieke amplitudemeting: het apparaat zal automatisch proberen de intrinsieke
P- en R-golfamplitudes voor elke hartkamer te meten waarin de dagelijkse intrinsieke
amplitudemeting is ingeschakeld, onafhankelijk van de stimulatiemodus. Deze meting
beïnvloedt de normale stimulatie niet. Het apparaat controleert tot 255 hartcycli om een
gedetecteerd signaal te vinden om een succesvolle meting te verkrijgen.
Dagelijkse meting van de Leadimpedantie:
Basisinformatie over de leadstatus wordt weergegeven op het scherm Overzicht. De
gedetailleerde gegevens worden in een grafisch formaat weergegeven op het scherm
Leadstatusoverzicht, toegankelijk via het leadspictogram op het Overzichtscherm (Figuur 5-3
op pagina 5-9).
Stimulatielead(s): het apparaat zal automatisch proberen om de stimulatieleadimpedantie
te meten voor elke kamer waarin de dagelijkse stimulatie-impedantiemeting is
ingeschakeld, onafhankelijk van de stimulatiemodus. Om de leadimpedantietest uit
te voeren, gebruikt het apparaat een substimulatiedrempel-signaal dat de normale
stimulatie of detectie niet stoort.
De hoge impedantielimiet staat vast op 2.000 Ω. De lage impedantielimiet is nominaal
ingesteld op 200 Ω en is programmeerbaar tussen 200 en 500 Ω in toenames van
50 Ω. Houd rekening met de volgende factoren bij het kiezen van een waarde voor
de lage impedantielimiet:
Bij chronische leads: de historische impedantiemetingen voor de lead, evenals
andere elektrische prestatie-indicatoren zoals stabiliteit gedurende langere tijd
Bij nieuw geïmplanteerde leads: de gemeten impedantiewaarde aan het begin
OPMERKING: Afhankelijk van de gevolgen van leadmaturatie kan de arts er tijdens
controles voor kiezen om de lage impedantielimiet te herprogrammeren.
Stimulatie-afhankelijkheid van de patiënt
Het aanbevolen bereik voor de gebruikte lead(s), indien beschikbaar
Shocklead: het apparaat zal automatisch proberen de shockleadimpedantie te
meten. Tijdens een shockleadimpedantietest geeft de pulsgenerator een subdrempel
energiepuls af door de shockelektrodes. Deze impedantiemetingen kunnen variatie
vertonen met de tijd, omdat ze elke 21 uur worden uitgevoerd en dus op verschillende
tijdstippen gedurende de dag.
De pulsgenerator bevat een pieper die geluidstonen afgeeft om de statusinformatie
over te brengen. De pieper bevat een programmeerbare functie die, wanneer
geprogrammeerd op Aan, de pulsgenerator een pieptoon doet luiden wanneer de
dagelijkse impedantiewaarden buiten het bereik vallen. De indicator Piep wanneer
buiten bereik bestaat uit 16 tonen die elke zes uur worden herhaald. Wanneer deze
functie op Uit geprogrammeerd staat, is er geen hoorbare indicatie dat de dagelijkse
impedantiewaarden buiten bereik zijn. Raadpleeg "Pieperfunctie" op pagina 6-13
SYSTEEMDIAGNOSTIEK
LEADSTATUS
5-7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Punctua ne icdF050F051F052F053

Inhoudsopgave