4-16
STIMULATIE THERAPIEËN
FREQUENTIEADAPTERENDE STIMULATIE EN SENSORTRENDING
Activiteitsdrempel
De Activiteitsdrempel voorkomt dat de frequentie wordt verhoogd door beweging van lage
intensiteit (bijv. beweging veroorzaakt door ademhaling, hartslag of, in sommige gevallen,
tremor in verband met de ziekte van Parkinson).
De Activiteitsdrempel geeft het inspanningsniveau weer dat overschreden moet worden
voordat de sensorgestuurde stimulatiefrequentie toeneemt. De pulsgenerator zal de
frequentie niet boven de Basisfrequentie laten stijgen totdat het inspanningssignaal boven
de Activiteitsdrempel uitstijgt. Een Activiteitsdrempelinstelling moet een frequentieverhoging
toelaten bij geringe inspanning, zoals wandelen, maar die hoog genoeg is om te voorkomen dat
de stimulatiefrequentie ongewenst stijgt als de patiënt in rust is (Figuur 4-9 op pagina 4-16 en
Figuur 4-10 op pagina 4-16).
•
Lagere instelling: er is minder beweging vereist voor een toename in de stimulatiefrequentie
•
Hogere instelling: er is meer beweging vereist voor een toename in de stimulatiefrequentie
OPMERKING: Door de Activiteitsdrempel op Normale Instellingen te programmeren, verandert
ook de overeenkomstige selectie instellingen voor Post-therapie.
MSR
LRL
Laag
Figuur 4-9. Activiteitsdrempel en frequentierespons
MSR
LRL
Deze figuur toont de impact van een toename of afname in de instellingen van de Activiteitsdrempel als reactie op een
theoretische tweefasen inspannings test.
Figuur 4-10. Activiteitsdrempel tijdens inspanningstest
Activiteitsdrempel
Activiteit
Activiteitsdrempel
Rust
Fase 1
Fase 2
Tijd
Hoog
Lagere
drempelinstelling
Nominale
drempelinstelling
Hogere
drempelinstelling
Rust