150 Programmakenmerken
3. Autochange met SPFC
Hulpmotor is betekenisloos in SPFC. Het doet er dus niet toe of u Alle motoren
selecteert of Alleen hulpmotor.
Voorbeeld: Toepassing watervoorziening met drie pompen, constante druk
Twee pompen vervullen het flow-verbruik voor de lange termijn, en de derde pomp
is gereserveerd voor wisseling.
SPFC systeem ondersteunt autochange van nature. Er is geen extra component
nodig zolang als SPFC al in werking is. In deze modus worden alle pompen altijd
gestart door de omvormer omdat ze in SPFC normaal bedrijf zijn.
Hoofdvoeding
Pomp 1 is aangesloten op Motor 1.
Pomp 2 is aangesloten op Motor 2.
Pomp 3 is aangesloten op Motor 3.
Verbruik
Laag
Normaal
↓
↓
Normaal
VSD
= Aangestuurd door omvormer, afstemming van uitgangstoerental volgens
PID-regeling.
DOL
= Direct On Line. Pomp loopt bij vast nominaal toerental van motor.
Off = Off-line. Pomp stopt.
Motor 1
Flowverbruik en pompstatus
Pomp 1
VSD
DOL
Uit
VSD
DOL
Motor 2
Pomp 2
Uit
VSD
DOL
Uit
VSD
Motor 3
Pomp 3
Uit
Uit
VSD
DOL
Uit