178 Programmakenmerken
Veiligheid en beveiligingen
Vaste/Standaard beveiligingen
Overstroom
Als de uitgangsstroom de interne overstroomlimiet overschrijdt, worden de IGBT's
onmiddellijk uitgeschakeld om de omvormer te beschermen.
DC-overspanning
Zie de sectie
Overspanning regeling
DC-onderspanning
Zie de sectie
Onderspanningsregeling (werking bij korte spanningsuitval)
op pagina 171.
Temperatuur van de omvormer
Als de temperatuur hoog genoeg stijgt, begint de omvormer eerst de
schakelfrequentie te beperken en daarna de stroom om zichzelf te beschermen.
Als de omvormer dan nog steeds verder opwarmt, bijvoorbeeld vanwege een
ventilatorstoring, wordt een overtemperatuur-fout gegenereerd.
Kortsluiting
In geval van kortsluiting worden de IGBT's onmiddellijk uitgeschakeld om
de omvormer te beschermen.
Noodstop
Het noodstopsignaal wordt aangesloten op de ingang geselecteerd door parameter
21.05 Noodstop
bron. Een noodstop kan ook gegenereerd worden via veldbus
(parameter
06.01
Hoofdcontrolwoord, bits 0...2).
De modus van de noodstop wordt geselecteerd door parameter
modus. De volgende modi zijn beschikbaar:
• Off1: Stop langs de standaard deceleratiehelling die gedefinieerd is voor het
specifieke referentietype dat in gebruik is
• Off2: Stop door uitlopen tot stilstand
• Off3: Stop langs noodstophelling gedefinieerd door parameter
Noodstop
tijd.
Bij Off1 of Off3 noodstopmodus kan de verlaging langs een helling van het
motortoerental bewaakt worden door parameters
en
31.33 Noodhelling bewaking
op pagina 171.
31.32 Noodhelling bewaking
vertraging.
21.04 Noodstop
23.23