8.2 Subprogramma's
Werkwijze
1 De TNC voert het bewerkingsprogramma tot aan de oproep van
een subprogramma CALL LBL uit
2 Vanaf deze plaats voert de TNC het opgeroepen subprogramma tot
het einde van het subprogramma LBL 0 uit
3 Vervolgens gaat de TNC door met het bewerkingsprogramma
vanaf de regel die volgt op de subprogramma-oproep CALL LBL
Programmeeraanwijzingen
Een hoofdprogramma kan max. 254 subprogramma's bevatten
Subprogramma's kunnen in willekeurige volgorde willekeurig vaak
opgeroepen worden
Een subprogramma mag zichzelf niet oproepen
Subprogramma's moeten aan het einde van het hoofdprogramma
(na de regel met M2 resp. M30) geprogrammeerd worden
Wanneer subprogramma's in het bewerkingsprogramma vóór de
regel met M2 of M30 staan, worden zij zonder oproep minstens
eenmaal uitgevoerd
Subprogramma programmeren
Begin markeren: toets LBL SET indrukken
Nummer van subprogramma invoeren. Wanneer u
LABEL-namen wilt gebruiken: softkey LBL-NAAM
indrukken, om naar tekstinvoer om te schakelen
Einde markeren: toets LBL SET indrukken en LABEL-
nummer "0" invoeren
HEIDENHAIN iTNC 530
281