14.7 Scheve ligging van een
werkstuk met tastsysteem
compenseren
Inleiding
Een scheve opspanning van het werkstuk wordt door de TNC
rekenkundig gecompenseerd door een "basisrotatie".
Hiervoor wordt de rotatiehoek op de hoek ingesteld die een
werkstukoppervlak met de hoekreferentie-as van het bewerkingsvlak
moet insluiten. Zie de afbeelding rechts.
Als alternatief kan een scheve ligging van het werkstuk ook door
rotatie van de rondtafel worden gecompenseerd.
Tastrichting voor het meten van de scheve ligging van het
werkstuk altijd loodrecht op de hoekreferentie-as
selecteren.
Om ervoor te zorgen dat de basisrotatie tijdens de
programma-afloop correct wordt verrekend, moet u in de
eerste verplaatsingsregel beide coördinaten van het
bewerkingsvlak programmeren.
Een basisrotatie kunt u ook in combinatie met de PLANE-
functie gebruiken; in dat geval moet u eerst de basisrotatie
en daarna de PLANE-functie activeren.
Als u de basisrotatie verandert, vraagt de TNC bij het
verlaten van het menu of u de gewijzigde basisrotatie ook
in de op dat moment actieve regel van de
referentiepunttabel wilt opslaan. In dat geval met de ENT-
toets bevestigen.
De TNC kan ook een echte, driedimensionale
opspancorrectie uitvoeren, wanneer uw machine daarop
is voorbereid. Neem eventueel contact op met uw
machinefabrikant.
Door het instellen van bit #18 in MP7680 kan de
foutmelding Ashoek niet gelijk aan zwenkhoek bij het
bepalen van een basisrotatie en bij het uitlijnen van het
werkstuk met behulp van de rotatie-as met handmatige
tastcycli worden onderdrukt. Hierdoor kunt u de
basisrotatie bepalen op posities die niet bereikbaar zouden
zijn zonder de kop naar binnen te zwenken.
HEIDENHAIN iTNC 530
579