Advertenties
nl
|
Instrumentinstellingen
12. Plaats de PCB-eenheid terug in de onderzijde van de
behuizing.
13. Schroef het deksel van de behuizing op de onderzijde van
de behuizing en draai het met het juiste moment vast.
14. Draai de schroefdraadpen vast.
15. Schakel indien nodig de elektrische voeding van het
instrument in.
De inloopfase begint.
Het onderhoudssignaal op de 4-20mA-interface houdt
aan tot de sensor is ingelopen.
Maximale inlooptijd van een nieuwe sensor: zie
gebruiksaanwijzing van de sensor.
®
16. Polytron
57x0 IR-specifiek:
Als de instellingen van de nieuwe sensor verschillen van
de instellingen in het instrument, wisselt het display tussen
'Info' en '300' (zie "Waarschuwingen", pagina 86).
17. Controleer de afstelling. Stel zo nodig het instrument af
(zie "Kalibratie", pagina 81).
10.2 Storingscodes weergeven
De functie is alleen beschikbaar voor Polytron 5100 EC en
Polytron 57x0 IR.
Deze functie dient voor het gedetailleerd zoeken naar
storingen in het instrument. Neem, als er storingscodes zijn,
contact op met DrägerService voor meer informatie of het
oplossen van storingen.
Storingscodes kunnen als volgt worden opgevraagd:
● Raak [OMHOOG] langer dan 3 seconden aan in de
meetmodus.
of
● Selecteer Diag - scan in het menu en tik op [OK].
Als er geen storingscodes beschikbaar zijn, wordt OK
weergegeven.
Tik op [OMLAAG] en scrol door de storingscodes als
deze beschikbaar zijn.
Na de laatste storingscode wordt OK weergegeven.
10.3 Stijgtijd controleren (t90)
1. Voer een gevoeligheidsafstelling uit en controleer de
stijgtijd.
2. Controleer de stijgtijd en vergelijk deze met de t90-waarde
die vermeld staat in de bijbehorende datasheet van de
sensor.
VOORZICHTIG
Vertraagde stijgtijd bij de evaluatie-eenheid voor de
gasdetectie.
Als het gasmeetinstrument is aangesloten op evaluatie-
eenheden, kan de totale stijgtijd worden vertraagd. Het
volledige meetpad moet worden verdisconteerd (bijv. latentie
van de evaluatie-eenheid).
► Zorg ervoor dat de vereiste stijgtijd wordt aangehouden.
88
11
Instrumentinstellingen
11.1 Een toegangscode instellen
Voor de toegangscode zijn alleen getallen van 0 tot 9
toegestaan.
1. Selecteer PASS set en tik op [OK].
"0000" wordt weergegeven, de eerste nul knippert.
2. Tik op [OMHOOG] / [OMLAAG] om dit cijfer te verhogen of
te verlagen, tik vervolgens op [OK].
Het tweede cijfer knippert.
3. Herhaal het proces voor de andere cijfers en tik op [OK].
De waarde is ingesteld, het menu wordt weer
weergegeven.
11.2 Het display in-/uitschakelen
Met deze functie wordt het display in de meetmodus
uitgeschakeld. De functionaliteit van het instrument blijft
bestaan, onafhankelijk van de displaystatus.
Als het display uitgeschakeld is en er een alarm optreedt,
knippert de rode LED en wordt het display automatisch
ingeschakeld. De huidige gasconcentratie wordt
weergegeven.
Als het display uitgeschakeld is en er een storing optreedt,
brandt de gele LED en wordt het display automatisch
ingeschakeld. De weergave op het display wisselt tussen
"Err" en een specifiek nummer.
1. Tik op [OMLAAG] om het menu op te roepen.
2. Selecteer LCD .
Het display wisselt tussen de actuele waarde en het
menu-element.
3. Tik op [OK].
De waarde knippert (gegevensinvoermodus).
4. Stel de displaystatus in:
● Tik op [OMHOOG] om het display te activeren (ON).
● Tik op [OMLAAG] om het display te deactiveren (OFF).
5. Bevestig met [OK].
De waarde is ingesteld, het menu wordt weer
weergegeven.
11.3 2-draads/3-draads configuratie
instellen (alleen Polytron 5100 EC)
Polytron 5100 EC kan in een 2-draads of 3-draads
configuratie worden gebruikt.
De 2-draads configuratie wijzigt de bedrijfsmodus. Deze
deactiveert opties die veel stroom verbruiken. De volgende
opties zijn niet beschikbaar in de 2-draads configuratie:
– Gebruik als stroombron
– Display met achtergrondverlichting
– Gebruik van een op afstand geplaatste sensor (behalve bij
gebruik met 24 V of hoger)
– Relais
– Melding aan de hand van de LED's
Gebruiksaanwijzing
|
Dräger Polytron 5000 Series
Advertenties
