Voorafgaand aan elke buitengewone onderhoudsactiviteit is het verplicht om het product te beveiligen:
•
Draag perforatie-/snijbestendige werkhandschoenen.
•
Schakel het gereedschap uit met de ON/OFF-schakelaar (10).
•
Koppel de batterij (19) los.
•
Plaats de batterij op een veilige, droge en weerbestendige plaats.
LET OP
Buitengewoon onderhoud, anders dan aangegeven in 7.2.1, 7.2.2 en 7.2.3, moet worden uitgevoerd door
een C.A.T.
7.2.1 REINIGING VAN DE SNIJBALK EN VAN DE SMEERGATEN
Om de snijbalk en de ketting efficiënt te houden, is het noodzakelijk om het smeersysteem schoon te houden van
alle zaagresten (zaagsel).
Demonteer eerst de voorste beschermkap (5), de ketting (1) en de snijbalk (2) volgens de procedure in paragraaf
7.1.3.
Reinig de beschermkap (5) en het hele gebied van het gereedschap onder de balk, met speciale aandacht voor
de olieverdeler (A).
Verwijder vuil op de balk met een borstel:
- Reinig de groef van de balk met de juiste schraper.
- Reinig de smeergaten
7.2.2 DE KETTING SLIJPEN
LET OP
Volg de instructies van de Fabrikant voor het slijpen en onderhouden van de ketting.
De ketting moet altijd goed geslepen zijn. Als de ketting scherp is, drijft hij zichzelf in het hout en produceert hij
grote, lange spaanders.
Slijp de ketting wanneer een van de volgende situaties zich voordoet:
- de ketting zaagt niet zonder de snijbalk tegen het hout te drukken en produceert zeer fijn zaagsel;
- als de zaagsnede geen zaagsel produceert, heeft de ketting zijn scherpe kant volledig verloren en verpulvert hij
het hout tijdens het zagen;
- de snoeier "huppelt" tijdens het snijden.
Hieronder volgt een korte beschrijving van een kettingtand:
0310.0353_04
557