Het scherm geeft aan dat er in de HOME directory een nieuwe directory
(MANS) staat.
Vervolgens maakt u een subdirectory aan met de naam INTRO (voor
INTROduction) in MANS, voor de variabelen die zijn aangemaakt in de
oefeningen in dit hoofdstuk. Druk op de softmenutoets $ om naar het
normale beeldscherm terug te keren (het menu TOOLS zal weergegeven
worden). Druk dan op J zodat de inhoud van de HOME directory in de
labels van de softmenutoetsen getoond worden. Het beeldscherm kan er als
volgt uitzien (indien u andere variabelen in de HOME directory aangemaakt
heeft worden deze ook in de labels getoond):
Om in de MANS directory te komen, drukt op de bijbehorende softmenutoets
(A in dit geval), en op ` in de algebraïsche modus. De directorystructuur
wordt in de tweede regel in het beeldscherm getoond als {HOME M NS}. Er
zullen echter geen labels verbonden zijn aan de softmenutoetsen, zoals
hieronder weergegeven, aangezien er in deze directory geen variabelen staan.
Maak nu de subdirectory INTRO aan met:
„¡@@OK@@ L @@NEW@@ ˜ ~~intro` @ @CHK@@ @@OK@@
Druk op de toets $, gevolgd door de toets J om de inhoud van de MANS
directory als volgt zichtbaar te maken:
Druk op de softmenutoets ) ! INTRO om in de INTRO subdirectory te komen. Dit zal
een leeg subdirectory tonen. Later zullen we enkele oefeningen maken voor het
aanmaken van variabelen.
Blz. 2-42