andere diagramtypen, maar we stellen de laagste en hoogste waarden van
de onafhankelijke variabele eerst als volgt in:
•
Selecteer het veld
waarde in 0@@@OK@@@. Wijzig daarna de waarde
0. 1@@@OK@@@ in voor de waarde
Opmerking: door middel van deze instellingen geven we aan dat de
parameter t de waarden van t = 0, 0.1, 0.2, ..., enz. zal aannemen totdat
de waarde 2.0 bereikt wordt.
•
Druk op @AUTO. De waarden van de bereiken van H-View en V-View worden
nu automatisch gegenereerd op basis van de waarden van de
onafhankelijke variabele t en de gebruikte definities van X(t) en Y(t). Het
resultaat is:
•
Druk op @ERASE @DRAW om het parametrische diagram te tekenen.
•
Druk op @EDIT L @LABEL @MENU om de grafiek met labels te zien. Van de
vensterparameters is alleen de helft van de labels in de x-as te zien.
•
Druk op L om het menu op te roepen. Druk op L @) P ICT om het
originele grafiekmenu op te roepen.
•
Druk op TRACE @(X,Y)@ om de coördinaten van een punt in de grafiek te
bepalen. Gebruik ™ en š om de cursor in de curve te laten bewegen.
Onder in het scherm ziet u de waarde van de parameter t en de
coördinaten van de cursor als (X,Y).
door op ˜˜ te drukken. Wijzig deze
Indep Low
High
(dus step = 0.1).
Step
in 2@@@OK@@@. Voer
Blz. 12-25