Algebraïsche modus
Gebruik de volgende toetsencombinatie: ‚N~q (gebruik de
pijltoetsen omhoog en omlaag, —˜, om het commando QUAD te
selecteren) en druk op @@OK@@ .
Gebruik de volgende toetsencombinatie om de vergelijking als het eerste
argument van de functie QUAD in te voeren:
‚O~ „t Q2™+5*~ „t+6——
Het resultaat is:
Verander nu de instelling van vlag 1 naar General solutions (Algemene
oplossingen): H@FLAGS@ @ @CHK@@ @@OK@@ @@OK@@ . En probeer de oplossing opnieuw:
——``. De oplossing bevat nu twee waarden:
RPN-modus
Stel eerst de systeemvlag in op 01 (d.w.z. Hoofdwaarde). Druk twee keer op
@@OK@@ om naar het normale beeldscherm van de rekenmachine terug te keren.
Voer daarna de vierkantsvergelijking als volgt in:
‚O~ „t Q2™+5*~ „t+6——
` (waarbij een tweede kopie in het RPN-stapelgeheugen blijft staan)
‚Å0`
‚í ~ „t`
‚Å0`
³~ „t`
Blz. 2-67